Meeste buurtoverlast door te hard rijden en hondenpoep

Foto: Landgraaf.nieuws.nl

Ruim een kwart van de personen van 15 jaar en ouder vindt dat overlast door te hard rijden in de buurt als eerste moet worden aangepakt. De aanpak van hondenpoep wordt door bijna 1 op de 5 personen als meest urgente vorm van buurtoverlast genoemd.
Dat meldt het CBS dat zijn onderzoek baseerde op de Veiligheidsmonitor, een enquête onder bijna 150 duizend Nederlanders van 15 jaar en ouder.

Buurtoverlast

Op de vraag welke vorm van buurtoverlast als eerste zou moeten worden aangepakt, antwoordde 27 procent van de burgers van 15 jaar en ouder met ‘te hard rijden’. Hondenpoep krijgt van 18 procent de hoogste prioriteit en parkeerproblemen van 15 procent.
Deze drie onderwerpen worden ook het vaakst door burgers genoemd als vormen van buurtoverlast die veel overlast geven.

Vormen van buurtoverlast, van meest irritant tot minst irritant

  • Te hard rijden;
  • Hondenpoep;
  • Parkeerproblemen;
  • Rommel op straat;
  • Rondhangende jongeren;
  • Overlast door buurtbewoners;
  • Drugsgebruik of -handel;
  • Vernieling straatmeubilair;
  • Agressief verkeersgedrag;
  • Hinder van horecagelegenheden;
  • Lastigvallen op straat;
  • Dronken mensen op straat;
  • Bekladding.

Te hard rijden en hondenpoep zijn ‘plattelandsoverlast’

Te hard rijden en hondenpoep zijn vormen van overlast die burgers in minder stedelijke buurten vaker de hoogste prioriteit geven. Inwoners van meer stedelijke buurten vinden juist vaker dat andere vormen van overlast, zoals rommel op straat en parkeerproblemen, met voorrang moeten worden aangepakt.

Datzelfde patroon doet zich voor onder de gemeenten met 70 duizend inwoners of meer. Zo noemt 27 procent van de Amsterdammers de rommel op straat als belangrijkste om aan te pakken, terwijl maar 4 procent van de inwoners van de gemeente Westland dit noemt. In Emmen wil 34 procent van de inwoners dat de overheid als eerste te hard rijden aanpakt, tegenover 12 procent in Amsterdam.

Vooral burgers uit deze grote gemeenten die dichtbij de grens liggen vinden dat drugsoverlast de hoogste prioriteit verdient.

65-plussers geven relatief vaak prioriteit aan aanpak hondenpoep

Van de 65-plussers geeft 23 procent aan dat de overlast door hondenpoep in de buurt als eerste zou moeten worden aangepakt. Bij andere leeftijden is dat ongeveer 17 procent. De 65-plussers geven overlast van parkeerproblemen, rondhangende jongeren, buurtbewoners en drugshandel minder vaak de prioriteit dan personen tussen de 15 en 65 jaar. Relatief weinig 15- tot 25-jarigen vinden dat de overheid te hard rijden in de buurt moet aanpakken.